Skip to main content

30e jaargang nr. 1 (september 2015)
thema: Pionieren: vrucht of vlucht?

W.H. Hendriks
Nieuwe wegen gaan
Lukas 5:1-11
 
Twee momenten uit de ontmoeting tussen Simon en Jezus trekken mijn aandacht, twee woorden van Jezus en de reactie van de latere discipel. Voor een goede meditatie is het er misschien al een te veel. En toch kiezen kan ik niet. Een zwaktebod? Dat moet u maar beoordelen. 
Allereerst is er het woord aan het einde van de ontmoeting tussen Jezus en Simon. Ten tweede is er uitdaging van Jezus aan de visser eerder in het verhaal en natuurlijk Simons reactie. 
 
Een bevel
Mijn aandacht wordt getrokken door het woord dat Jezus aan het slot van de geschiedenis spreekt: “Van nu aan zult gij mensen vangen.” Ik heb dit altijd een mooi woord gevonden. Mensen vangen in plaats van vissen, mensen voor God en Jezus vangen. Ik heb het altijd ook zomaar als een woord voor vandaag, voor de kerk, voor mij verstaan. Maar nu ik het opnieuw hoor, beklemt het mij. Mensen vangen is dat wel zo positief? Beelden van overvolle gevangenissen, waar mensen van hun vrijheid zijn beroofd, beelden van mensen achter tralies, beelden van mensen in oranje overalls met daarachter iemand in het volledig zwart komen me voor ogen. Mensen vangen is mensen van hun vrijheid beroven, dat kan toch niet de bedoeling zijn. Zelf hecht ik aan mijn vrijheid, moet ik die van andere benemen?
Zo zit ik wat te denken. In het kader van de permanente educatie volg ik momenteel de missionaire specialisatie. Deze nieuwe opleiding gecoördineerd door de tak missionair werk en kerkgroei is gericht op het toerusten van predikanten en anderen voor het pionieren en zoeken van nieuwe manieren van kerk zijn in deze tijd. Ook hier dringt de vraag zich regelmatig aan mij op; Waarom zouden we pionieren? Waarom nieuwe mensen willen bereiken? Is het gericht op het heil van de ander of toch op het voortbestaan van onze kerk? Vangen we mensen? Nemen we hen de vrijheid af? Natuurlijk zal niemand dit zo zeggen, maar gebeurt het toch niet? Waarom en hoe zou ik willen pionieren?
 
Een zoeken
Deze vragen stellend, luister ik opnieuw naar de tekst, naar Jezus. Hoe treedt hij Simon tegemoet? 
In de ochtend dringt de schare zich op aan Jezus. Ze luisteren naar zijn woorden, het zijn Gods woorden. Langs het meer loopt de gemeente en daar ziet Jezus twee boten. De vissers zijn net klaar met vissen en spoelen de netten schoon. Jezus stapt in het bootje van Simon en vraagt hem een stukje uit de kust te varen. Jezus gaat zitten en gebruikt de boot als preekstoel, door het water worden de woorden naar de kust, naar de mensen gedragen. Na zijn preek richt hij zich opnieuw tot Simon. Hij vraagt Simon opnieuw het meer op te varen, naar de visgronden, om daar zijn netten uit te gooien voor de vangst. Het gaat tegen elke logica in. Overdag ga je niet vissen, een hele nacht is er gezwoegd, moe is Simon, teleurgesteld over het resultaat van de nacht. En dan klinkt dit woord: “Ga naar diep water en zet uw netten uit om te vissen!”
Nu ik dit lees moet ik denken aan de laatste tweedaagse voor de zomer van de missionaire specialisatie. Deze stond helemaal in het teken van creativiteit, in het teken van nieuwe wegen gaan en zoeken. Als mensen en als kerkmensen in het bijzonder, zijn de meesten van ons behoudend. We gaan de wegen die we gingen en om zomaar een nieuwe weg in te slaan, uit ons vertrouwde karrenspoor te komen dat valt niet mee. Toch worden we hiertoe uitgedaagd door de tijd die snel verandert maar wellicht ook wel door Christus. 
 
Een roep
Jezus roept hier Simon uit zijn vertrouwde patroon. Hij daagt hem uit zijn kennis achter zich te laten en gehoorzaam iets nieuws te proberen. Toch is dat niet zomaar een stap in het donker, in het onbekende. Natuurlijk weet Simon niet hoe het uit zal pakken, hij gelooft er misschien helemaal niet in. Hij werpt zijn eigen kennis ook in de strijd en vertelt van zijn zwoegen op de vertrouwde manier die niets heeft opgeleverd. 
Toch gaat Simon in op het verzoek. Hij gehoorzaamt het gebod van Jezus. Waarom? 
Volgens mij ligt de sleutel om dit te begrijpen in het verhaal dat Lukas ons eerder vertelde. De ontmoeting tussen Jezus en Simon is niet de eerste. Lukas heeft ons al laten zien dat Jezus in het huis van Simon zijn schoonmoeder geneest. 
De man in de boot van Simon is geen onbekende. Het is Jezus die eerst genezing schenkt voordat hij in het bootje van de visser stapt. En pas na zijn preek tot de schare vanuit het schip spreekt Jezus tot Simon.
 
En nu spant het erom in deze geschiedenis. Zal Simon gehoorzamen, zal hij ingaan op het woord van Jezus? En hoewel hij het niet snapt, er niet in gelooft en er volgens mij na een nacht werken ook geen zin in heeft, doet de visser wat Jezus vraagt. Niet omdat hij er in gelooft, maar omdat hij Jezus terwille wil zijn, omdat hij hem vertrouwt. 
En dan is daar het wonder. Het gaan van ongebaande wegen in vertrouwen op Jezus brengt ongekend veel vissen in de netten. De maten worden gewenkt, er is gemeenschap en overvloed. Zo kan dat dus gaan als je in gehoorzaamheid aan Jezus nieuwe wegen inslaat, tegen alles in. Dan ontvang je overvloed en vindt echte ontmoeting plaats, pas dan leer je ook zien wie die Jezus van Nazareth echt is. 
Oog in oog met de grote hoeveelheid vissen groeit het ontzag voor de timmermanszoon. Voor hem valt Simon op de knieën. Deze Jezus blijkt God te zijn. In zijn licht ontdekt de visser ook wie hij zelf is, een zondig mens. Echte ontmoeting en echte bevrijding, doordat Simon ongekende wegen durfde te gaan. Een pionier op zijn plek die zijn vertrouwde karrenspoor durfde te verlaten wordt gezegend met overvloed, maar bovenal met een echte ontmoeting met Christus.
 
Na deze ontmoeting klinkt het woord van Jezus, “Wees niet bevreesd, van nu aan zult Gij mensen vangen”, anders. Niet bedreigend maar als een belofte. Een belofte die al in de woorden verscholen ligt. Het vangen waar Jezus over spreekt is namelijk een anders vangen dan eerder in het verhaal. Pieter Oudshoorn (de Naardense bijbel) vertaalt; “van nu af zul je iemand zijn die mensen vangt ten leven”! Niks overvolle gevangenissen, of uitgemergelden achter prikkeldraad. Nee gevangen ten leven. Is een bevrijding tot leven voor het aangezicht van God. 
Durf je daar te leven, durf je op andere plekken te vissen dan je gewoon bent? Want voor je het weet komt aan het licht wie Jezus is, heilig voor je het weet komt aan het licht wie je zelf bent, een zondig mens. 
Simon wordt visser van mensen, Hij komt op plekken waar je een Gallilese visser nooit verwachten zal. Maar hij is nooit alleen gegaan. De Heer is in zijn schip! Kunnen wij dan ook niet pionieren?
 
Ds. Wim Hendriks is predikant (PKN) te Mijnsheerenland. 
Mailadres: Dit e-mailadres wordt beveiligd tegen spambots. JavaScript dient ingeschakeld te zijn om het te bekijken.