Skip to main content

nr2 • 2005 • Tranen, kussen, omhelzingen

december 2005 (20e jaargang nr. 2)

Tranen, kussen, omhelzingen
Meditatie naar aanleiding van  Handelingen 20:17-21 en 28-38

Drs. A.J. Zoutendijk


Gij weet, hoe ik onder u verkeerd heb, dienende de Here
met alle ootmoed, onder tranen en beproevingen,
die mij overkwamen door de aanslagen der Joden

Waakt dan en herinnert u, dat ik drie jaren lang
nacht en dag niet heb opgehouden ieder afzonderlijk
onder tranen terecht te wijzen.

n zij barstten allen in groot geween uit en vielen
Paulus om de hals en kusten hem herhaaldelijk



De ontmoeting op het strand van Milete is een emotionele gebeurtenis. De aandoeningen worden expliciet benoemd. Lucas laat de camera erop inzoomen: tranen, omhelzingen. Allicht, denk je, het gaat hier om een afscheid en, zo kun je eraan toevoegen, Paulus en de oudsten uit Efeze zijn mediterrane mensen met hun eigen, heftige emotionaliteit. Aardig om dat ook eens te lezen (goed voor mensen die Paulus een scherpslijper en een dogmatisch persoon vinden: die man had toch ook gevoel). Zo kun je psychologisch en sociaal-cultureel wat bespiegelen. Of – andere mogelijkheid – we houden zo’n beeld van huilende mannen vast, zoals we het beeld van een huilende Maxima op ons netvlies hebben (en daar niet genoeg van kunnen krijgen omdat we ons er mee identificeren).

Geen sentimentaliteit

Toch moeten we met dergelijke waarnemingen niet te lang bezig zijn, want de emoties die Lucas onderstreept hebben een meer ‘zakelijke’ betekenis. Ze ondersteunen het evangelie en dienen de gemeenschap der heiligen. Het zijn argumenten die de waarachtigheid van God onderstrepen.
Tot drie keer toe is er sprake van tranen. Eerst herinnert Paulus eraan hoe hij onder tranen en beproevingen heeft moeten werken vanwege de samenzweringen van zijn joodse broeders. De afwijzing van het evangelie door joden heeft een eigen intimiteit (ze zijn immers de kinderen van het verbond) en daarom ook een eigen verdriet. Het zijn de tranen die Jezus weende over Jeruzalem. Deze tranen hebben een lange geschiedenis, van profeten en martelaren.

Een doen van de Geest

De tweede keer staan de tranen in het kader van de gemeente die toegerust wordt met het oog op verleiding en afval. Herinner u, vergeet niet dat ik drie jaar lang nacht en dag niet heb opgehouden ieder afzonderlijk onder tranen terecht te wijzen. Paulus was dus zo iemand, die tegen jong en oud zei: En… volg je de Here Jezus? Heb je Hem lief met je hart en je ziel en je verstand? Nee? Dan werden zijn ogen vochtig en dan ging hij nog eens zitten om hen - tot diep in de nacht - te onderwijzen en aan te moedigen om de Heer te zoeken en bij hem te blijven. Mensen met vochtige ogen die ons het evangelie hebben geleerd: die kennen we allemaal wel. Die vergeten we niet meer. Hun tranen waren geen sentimentaliteit, maar ze onderstreepten het Woord – alsof God door hen tot ons bad. Zulke aandoeningen zijn een doen van de Geest aan ons. Ze raken diep en geven ook een band.

Ook indirect

Dan het derde element: het grote geween, de omhelzingen en kussen als het afscheid komt. Lucas schrijft veelbetekenend dat dit gebeurde toen Paulus met hen allen gebeden had. De oefening van de gemeenschap der heiligen leidt tot emoties (die hier natuurlijk verhevigd worden door het afscheid). Er is een eigen intimiteit in het verbond dat de Here God heeft met Israël en in zijn aanspreken van de gemeente en ook in de gemeenschap met elkaar. Die gemeenschap is niet gebaseerd op onze gevoelens voor elkaar. De teerheid die erin is, komt van boven. Het is de intimiteit die het evangelie ons onthult als ze ons vertelt over Jezus’ emoties in de hof, door angst overmand, met tranen als bloed. Deze aandoeningen zijn ons als het heilig evangelie overgeleverd, maar ook met een zekere indirectheid. Er bleef een afstand tussen Hem en de discipelen.
Juist die indirectheid is van betekenis voor de gemeenschap der heiligen. Wij liggen elkaar niet allemaal van nature; toch komen we samen in een intimiteit van kussen, omhelzingen en tranen. We ontmoeten elkaar in de dierbaarheid van wat Jezus voor ons deed.

Resoneren

Er is een directheid die ons soms aangepraat wordt en die voor zeer geestelijk wordt versleten. Daarmee gebeurt in de kerk (en daarbuiten) geregeld ongelukken. Onze aandoeningen zijn nogal eens ongeleide projectielen. Maar de teerheid van de gemeenschap met Christus en vanuit Hem met elkaar – die zou ik niet graag missen. Die kan in ons komen, als we samen bidden en als dat bidden ook een smeken is. Die resoneert als we psalmen en gezangen zingen en we een brok in de keel krijgen en een bloem in ons knoopsgat doen. Als we elkaar aanstoten en ons geluk niet opkunnen vanwege de genade die hij over ons uitgiet. Zulke omhelzingen en tranen vloeien niet weg in het zand van het strand maar geven moed om elkaar vast te houden en elkaars lasten te dragen.

Overdenking tijdens het middaggebed op de Lezersdag 8 oktober 2005.